Bijlage J. EMU-saldo
In het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV, artikel 19) is de verplichting vastgesteld, dat de gemeenten ramingen van het EMU-saldo dienen te verstrekken over het voorafgaande jaar, het actuele jaar en het volgende jaar. Met ingang van 2017 is conform de vernieuwing BBV de ontwikkeling van het EMU-saldo voor de drie jaren volgend op het begrotingsjaar vereist in de meerjarenbegroting.
Bedragen in € 1.000 | |||||
2021 | 2022 | 2022 | |||
Omschrijving | Volgens realisatie tot en met sept. 2021, aangevuld met raming resterende periode | Volgens begroting 2022 | Realisatie | ||
1 | (+) | Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c) | -4.297 | -760 | -10.738 |
2 | (-) | Mutatie (im)materiële vaste activa | -336 | -4.189 | -58 |
3 | (+) | Mutatie voorzieningen | 940 | 143 | -41 |
4 | (-) | Mutatie voorraden (incl. bouwgronden in exploitatie) | 6.309 | -167 | -4.060 |
5 | (-) | Verwachte boekwinst bij verkoop effecten en verwachte boekwinst bij verkoop (im)materiële vaste activa | 0 | ||
Berekend EMU-saldo +1-2+3-4-5 | -9.330 | 3.739 | -6.661 |