4.1.2.2 Wet normering topinkomens
Bedragen in € | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Functiegegevens | K.M. Cornelissen | A.J. Nijman secretaris | M. Esterik | J.B. Zijlstra | C. Knipping | T.G. Klein Wolterink |
Gegevens 2022 | ||||||
Aanvang en einde functievervulling in 2022 | 01/01–30/04 | 01/05 -30/06 | 01/07–31/12 | N.v.t. | 01/01–31/08 | 01/09–31/12 |
Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) | 1,0 | 1,0 | 1,0 | 1,0 | 1,0 | |
Dienstbetrekking? | ja | ja | ja | Nee | ja | ja |
Bezoldiging | ||||||
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen | 45.239 | 15.644 | 56.274 | 5.535 | 55.788 | 24.199 |
Beloningen betaalbaar op termijn | 6.753 | 3.171 | 10.582 | 0 | 9.869 | 4.340 |
Subtotaal | 51.992 | 18.815 | 66.856 | 5.535 | 65.658 | 28.539 |
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum | 70.422 | 35.507 | 108.296 | 0 | 143.211 | 71.605 |
-/- Onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. |
Bezoldiging | 51.992 | 18.815 | 66.856 | 5.535 | 65.658 | 28.539 |
Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | zie toelichting | n.v.t. | n.v.t. |
Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. | n.v.t. |
Gegevens 2021 | K.M. Cornelissen | J.B. Zijlstra | ||||
Aanvang en einde functievervulling in 2021 | 01/01–31/12 | 01/01–31/12 | ||||
Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) | 1,0 | 1,0 | ||||
Dienstbetrekking? | ja | ja | ||||
Bezoldiging | ||||||
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen | 104.482 | 95.353 | ||||
Beloningen betaalbaar op termijn | 20.948 | 18.322 | ||||
Subtotaal | 125.430 | 113.675 | ||||
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum | 209.000 | 209.000 |
Griffier dhr. J.B. Zijlstra was in 2022 niet meer in dienst, waardoor het individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum 2022 nul is. De nabetaling in 2022 heeft betrekking op 2021 en mag voor de toetsing aan het toepasselijk bezoldigingsmaximum toegerekend worden aan 2021. De bezoldiging 2021 gezamenlijk met de nabetaling in 2022 over 2021 is lager dan het individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum van 2021, hierdoor is er geen sprake van een onverschuldigde betaling.